Religieuze teksten - 4 regels
Toch sprak ik “Vader ik vertrouw
Op Uw onfeilbaar Woord”.
“Ik weet dat nu mijn liefste bezit
Ons beide toebehoort”.
Zalig zijn de armen van geest
want zij zullen God zien.
Zalig zijn de reine van hart
Want zij zullen Gods kinderen genoemd worden.
Als ge in nood gezeten
geen uitkomst ziet,
wil dan nooit vergeten,
God verlaat u niet.
De rotsgrond geloof en vertrouwen
Die d'invloed der tijden weerstaat
Was mij 't fundament, om te bouwen
Een woning, die nummer vergaat
Eén Vader, Die ons liefheeft,
Eén Zoon, Die stierf aan het kruis,
Eén Geest, Die leidt door het leven
En straks één Vaderhuis.
En dit bid ik, dat uw liefde nog steeds meer
overvloedig moge zijn in helder inzicht en
alle fijngevoeligheid, om te onderscheiden,
waarop het aankomt.
God heeft gegeven
liefde in het leven,
moed in het lijden,
troost in het scheiden.
Haar stoel is leeg,
Haar stem is stil.
Wij zeggen: “Heer,
Het was Uw wil.
Hij brengt mij in een oase van groen,
daar strek ik mij uit
aan de rand van het water,
daar is het goed rusten.
Ik heb lang en gelukkig geleefd
heb mij met weinig tevreden gesteld
veel gekregen en ik ben van alle gaven voldaan
zachtjes naar God gegaan...
Ik ben reizend naar die stad
Waar Christus 't licht zal zijn
Om eeuwig daar te zijn bij Hem
Verlost van zorg en pijn.
Ik was een splinter in de tijd
Waarin miljarden mensen
Met al hun hoop en wensen
Mij voorgingen in de eeuwigheid
Neem Heer mijn beide handen
en leidt Uw kind
tot ik aan de eeuwige stranden
de ruste vind
Niemand weet wat leven is
Alleen dat het gegeven is
En dat van dit geheimenis
God het begin en het einde is
Nu kun je over ons waken
eens zullen we weer samen zijn
tot dan moeten wij hier verder leven
maar zal je steeds in mijn gedachten zijn
Nu mag je rustig in Gods
schaduw overnachten.
Zijn liefde dekt je veilig toe.
O vergeet niet dat steeds Hij
heel uw leven leidt.
Want Zijn liefde komt altijd
winnend uit de strijd.
Vrees niet: Ik laat je niet alleen
vertrouw op Mijn. Ik zal je dragen
Ik houd mijn vleugels uitgeslagen
en voer je door de wolken heen...
Vrees toch geen nood!.
's Heren trouw is groot,
en op 't nacht'lijk duister,
volgt het morgenrood.
Dan zal de Schepper van mijn leven spreken
En zeggen: zie, Ik roep u uit de tijd;
En alle grenzen zullen openbreken
Naar Zijn oneindig- en onmeetlijkheid.